de pioenrozen
buigen verlept hun koppen
na een regenbui
haar ronde vormen onder
het vierseizoenendekbed
hij staart door het raam
peutert nonchalant zijn neuw
zondagochtendblues
een meeuw landt
op het dak van de viskraam
een toerist zoomt in
stralen zonlicht strijken zacht
over het naamloze zand
late zomer
nog één keer bellen blazen
op het tentenveldje
-door Tino van Kampen (oneven) en Marleen Hulst (even)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten